.
De expositie in Vianen heeft een wisseling ondergaan. Er is een nieuwe selectie opgehangen, van Suzan van Essen, Dori Braat, Ineke Brons, Lenie Wouda, Laura Heiszwolf, Willy de Breij, Nardi van Laar, Kees Rietveld, Anneke Dibbelink, Linda Harnisch, Joop Richaers en Jan Verdonk. Ik heb zelf nieuwe miniaturen en een Michael meegebracht van 180 x 70 cm. Zie hierboven. Een echte blikvanger. Het voorbeeld is een wandschildering van de gebroeders Astrapas (rond 1300) in de Sint Klementkerk in Ochrid.
Trouwens Stef, Riet R., Zeger, Lucie en Hans hebben hun iconen niet opgehaald. Ze liggen nu in Amsterdam.
.
07-06-2010
Volkstuintje gekregen
05-06-2010
Waren de eerste iconenschilders monniken?
.
(boven: Fayumportret uit 2e-4e eeuw n.Chr., techniek in wastempera)
In krantenartikelen over iconenexposities en iconenschilders kom ik vaak tegen dat de eerste iconenschilders monniken waren. Dat is niet te bewijzen met namen. Er is een andere context die het tegendeel aannemelijk maakt: a) De schilders van de Egyptische dodenmaskers uit de 2e tot 4e eeuw na Christus, de zogenaamde Fayumportretten, waren toch ook geen Osirispriesters? Toch schilderden zij de portretten voor de dodencultus. b) Er zijn uit de 4e eeuw op glazen ampullen uit Palestina gravures van de Moeder Gods bekend. In een iconografisch handboek van een Duitse geleerde van naam staat zonder enige terughouding dat er in de 4e eeuw na de sanctionering van het christelijk geloof een pelgrimage begon te ontstaan naar het Heilige Land - en dat deze ampullen met het beeld van de Moeder Gods met gewijd water (wie weet uit de Jordaan) aan de pelgrims werden verkocht. Souvenirhandel! De Fayoumschilders of hun opvolgers of hun leerlingen! Want die waren toch brodeloos geworden? c) Je zal op een bevolking van 10.000 monniken niet 10 bedreven schilders vinden. Eén ding is je wijden aan God, en je nuttig maken in wat je kan, en vooral bidden, een ander ding is kunnen schilderen en er dag en nacht mee bezig zijn, want dat is de schilder, hij is als schilder geboren. Hij wil geld verdienen ook, en hoe. De monnik heeft een geheel ander doel in zijn leven, hij is als monnik geboren. Zijn hoofd zou niet staan naar productie van souveniriconen. d) Het magnetisme van het grote geld. De schilder gaat om vooruit te komen in zijn carriere naar de grote stad, het mecenaat en de roem. Hij blijft niet in Trnovo zitten omdat zijn dorpsgenoten er nog geen glas bier voor geven. Hij kan ook geen artikelen over iconen gaan schrijven en zo in zijn onderhoud voorzien. Hij gaat naar Constantinopel of naar Palestina, want daar kan hij als schilder werken. De Fayoumportretten zijn fantastisch professioneel geschilderd. Dat zijn ook de (eerste) Sinai-iconen. Door professionals dus, geen monniken.
(beneden: Icoon van de heilige Petrus, 6e eeuw, techniek in wastempera)
.
.
(boven: Fayumportret uit 2e-4e eeuw n.Chr., techniek in wastempera)
In krantenartikelen over iconenexposities en iconenschilders kom ik vaak tegen dat de eerste iconenschilders monniken waren. Dat is niet te bewijzen met namen. Er is een andere context die het tegendeel aannemelijk maakt: a) De schilders van de Egyptische dodenmaskers uit de 2e tot 4e eeuw na Christus, de zogenaamde Fayumportretten, waren toch ook geen Osirispriesters? Toch schilderden zij de portretten voor de dodencultus. b) Er zijn uit de 4e eeuw op glazen ampullen uit Palestina gravures van de Moeder Gods bekend. In een iconografisch handboek van een Duitse geleerde van naam staat zonder enige terughouding dat er in de 4e eeuw na de sanctionering van het christelijk geloof een pelgrimage begon te ontstaan naar het Heilige Land - en dat deze ampullen met het beeld van de Moeder Gods met gewijd water (wie weet uit de Jordaan) aan de pelgrims werden verkocht. Souvenirhandel! De Fayoumschilders of hun opvolgers of hun leerlingen! Want die waren toch brodeloos geworden? c) Je zal op een bevolking van 10.000 monniken niet 10 bedreven schilders vinden. Eén ding is je wijden aan God, en je nuttig maken in wat je kan, en vooral bidden, een ander ding is kunnen schilderen en er dag en nacht mee bezig zijn, want dat is de schilder, hij is als schilder geboren. Hij wil geld verdienen ook, en hoe. De monnik heeft een geheel ander doel in zijn leven, hij is als monnik geboren. Zijn hoofd zou niet staan naar productie van souveniriconen. d) Het magnetisme van het grote geld. De schilder gaat om vooruit te komen in zijn carriere naar de grote stad, het mecenaat en de roem. Hij blijft niet in Trnovo zitten omdat zijn dorpsgenoten er nog geen glas bier voor geven. Hij kan ook geen artikelen over iconen gaan schrijven en zo in zijn onderhoud voorzien. Hij gaat naar Constantinopel of naar Palestina, want daar kan hij als schilder werken. De Fayoumportretten zijn fantastisch professioneel geschilderd. Dat zijn ook de (eerste) Sinai-iconen. Door professionals dus, geen monniken.
(beneden: Icoon van de heilige Petrus, 6e eeuw, techniek in wastempera)
.
.
01-06-2010
Over azijn en wilde dieren
.
Het Griekse recept voor ons bindmiddel van het pigment is half eidooier, half azijn. Het water in de azijn verdunt de vettige eidooier tot een prettige smeerbaarheid, het zuur in de azijn beschermt de o zo lekkere eidooier tegen schimmel, bacterien en insecten. Maar niet tegen huisdieren en wilde dieren zoals zal blijken.
Bernard Frinking maakte tijdens de iconencursus op kasteel Hernen een Christusportret of een Mandylion, daarover lopen de meningen uiteen. Op een dag likte het hondje van de kasteelvrouw de icoon tot op de plank weg.
In Frankrijk had mijn zus een oude boerderij gekocht, een ruine. Ik ging ernaartoe, overdag schilderend in huis, inmiddels bewoonbaar .'s Nachts ging de Pantocratoricoon waar ik mee bezig was in een koffer mee naar de tent in het bos. Na een nacht waarin ik hem in het atelier aan een spijker had laten hangen, trof ik hem aan met, jawel, een ontbrekende zegenende hand. Wie van mijn huisgenoten ...!... dacht ik, en we waren maar met zijn vieren. Wie pakt nou een icoon zo ruw van de muur? Toen ik de muur beter bekeek zag ik een steen zover uitsteken, dat een diertje best bij de zegenende hand had gekund, pas geschilderd, ruim ei toegevoegd, mmm, lekker. De relmuizen (zevenslapers), die in het dak leefden hadden het gedaan. De gedachte aan symboliek vergoedde veel: de wilde dieren likken de hand van de Schepper.
.
.
Het Griekse recept voor ons bindmiddel van het pigment is half eidooier, half azijn. Het water in de azijn verdunt de vettige eidooier tot een prettige smeerbaarheid, het zuur in de azijn beschermt de o zo lekkere eidooier tegen schimmel, bacterien en insecten. Maar niet tegen huisdieren en wilde dieren zoals zal blijken.
Bernard Frinking maakte tijdens de iconencursus op kasteel Hernen een Christusportret of een Mandylion, daarover lopen de meningen uiteen. Op een dag likte het hondje van de kasteelvrouw de icoon tot op de plank weg.
In Frankrijk had mijn zus een oude boerderij gekocht, een ruine. Ik ging ernaartoe, overdag schilderend in huis, inmiddels bewoonbaar .'s Nachts ging de Pantocratoricoon waar ik mee bezig was in een koffer mee naar de tent in het bos. Na een nacht waarin ik hem in het atelier aan een spijker had laten hangen, trof ik hem aan met, jawel, een ontbrekende zegenende hand. Wie van mijn huisgenoten ...!... dacht ik, en we waren maar met zijn vieren. Wie pakt nou een icoon zo ruw van de muur? Toen ik de muur beter bekeek zag ik een steen zover uitsteken, dat een diertje best bij de zegenende hand had gekund, pas geschilderd, ruim ei toegevoegd, mmm, lekker. De relmuizen (zevenslapers), die in het dak leefden hadden het gedaan. De gedachte aan symboliek vergoedde veel: de wilde dieren likken de hand van de Schepper.
.
.
Over de icoon van Gabriel
.
De hoofdkerk van de monnikenrepubliek Athos bevindt zich in het bestuurscentrum van Athos, Karyes, en wordt Protaton (allereerste) genoemd. Op de iconostase in deze kerk bevindt zich een zgn. aanbiddingsrij (deesis-rij), waar van links naar rechts Michael, Petrus, Moeder Gods, Christus, Johannes de Doper, Gabriel en Paulus zijn afgebeeld. Gabriel dateert van 1542, en is geschilderd door Zorzis zeggen de meeste deskundigen, maar ik durf te zeggen dat de gezichten zijn geschilderd door zijn leraar, de geniale Theofanes, die in deze tijd op Athos was. Hij schilderde volgens de Kretenzische school (1400 - 1600).
Het bovenstaande foto is een detail van de icoon die ik er van maakte, en het is de moeite waard te vertellen dat het gezicht 2 cm hoog is.
.
De hoofdkerk van de monnikenrepubliek Athos bevindt zich in het bestuurscentrum van Athos, Karyes, en wordt Protaton (allereerste) genoemd. Op de iconostase in deze kerk bevindt zich een zgn. aanbiddingsrij (deesis-rij), waar van links naar rechts Michael, Petrus, Moeder Gods, Christus, Johannes de Doper, Gabriel en Paulus zijn afgebeeld. Gabriel dateert van 1542, en is geschilderd door Zorzis zeggen de meeste deskundigen, maar ik durf te zeggen dat de gezichten zijn geschilderd door zijn leraar, de geniale Theofanes, die in deze tijd op Athos was. Hij schilderde volgens de Kretenzische school (1400 - 1600).
Het bovenstaande foto is een detail van de icoon die ik er van maakte, en het is de moeite waard te vertellen dat het gezicht 2 cm hoog is.
.
Abonneren op:
Posts (Atom)